De voorspelling van een docent |

445 woorden, leestijd: circa anderhalve minuut

“Heren, wat zullen we vandaag besluiten”, vroeg Hans Wiegel. De VVD-politicus keek iedereen aan de vergadertafel kort aan. De toon was gezet. Hij stuurde met één heldere vraag aan op resultaten. Het zijn er maar weinig die zó direct en tegelijkertijd innemend kunnen communiceren. Hans Wiegel kan het; slimme vogel als ie is.

Voorzitter Wiegel had een goede reden om de vergadering zo te openen. Hij voelde goed aan dat, als hij de vergadertijgers niet direct de weg zou wijzen, alle communicatie al snel door ruis zou worden verstoord. Ik hoorde de anecdote jaren geleden en herinnerde me de voorspellingen van een docent.

Ik volgde mijn HBO-opleiding aan de Nutsacademie in Rotterdam.

De docent communicatieleer op ‘de Nuts’ voorspelde dat het taalniveau van Nederlanders dramatisch slecht zou worden, met ernstige communicatieproblemen tot gevolg. Mijn medestudenten en ik vroegen ons af wat de beste man daarmee bedoelde.

Samengevat kwam het er wat hem betreft op neer, dat het gemiddelde taalniveau van Nederlanders (een jaar of twintig na 1988) niet veel hoger zou reiken dan het niveau van de derde klas in het basisonderwijs. Hij voorspelde ook een ontwikkeling die we tegenwoordig ‘kantoortaal’ noemen: het verzinnen of verminken van woorden en uitdrukkingen die geen normaal mens meer begrijpt.

Dat soort gewauwel hoorden we indertijd al in de politiek. Bij die ontwikkeling is het niet gebleven. Lees de columns van Japke-d Bouma in het NRC en zie tot hoe ver die ‘verkrommunicatie’ zich diep in de kantoortuinen heeft verspreid. Het is misvormd taalgebruik, met dramatisch slecht verlopende communicatieprocessen tot gevolg. Een ontwikkeling die mijn docent communicatieleer ruim dertig jaar geleden al voorspelde

De politicus Wiegel kende die allesvertragende taaltrucage maar al te goed. Het was slim van ‘m om aan het begin van die vergadering dat proces met één sturende vraag in de kiem te smoren. Wiegel snapte allang dat simpel en helder taalgebruik doelmatig is. Zo beschouwd dacht en werkte hij op hetzelfde niveau als mijn vroegere docent.

Wat mij laatst onder ogen kwam was het resultaat van een onderzoek naar kennis en gebruik van de Nederlandse taal. Weet u wat het gemiddeld taalniveau van een Nederlander is? De onderzoekers classificeren dat als B1. Vrij vertaald: taalkennis op wat we tegenwoordig niveau vier van het basisonderwijs noemen. In ons vak noemen we dat ook wel ‘Jip en Janneketaal’; volgens het onderzoek het taalniveau van 95% van de Nederlandssprekenden in ons land.

De uitspraken van mijn vroegere docent heb ik goed onthouden. Naar aanleiding daarvan heb ik me in het schrijven van helder, logisch opgebouwd tekstmateriaal gespecialiseerd. ‘Jip en Janneketaal’ heeft een groot voordeel. Het is de taal waarmee u gericht met 95% van de Nederlanders kunt communiceren.

061 135 69 25 | info@decopywriter.com